interview Annie Proulx (De Standaard)


Koppige cowboys

Huilende coyotes, verbrande koffie en verbitterde ranchers: ze zijn weer van de partij in de nieuwste verhalenbundel van Annie Proulx. ‘Dit is mijn laatste Wyoming-collectie,’ vertelt ze in Breda.

Kathy Mathys

‘Ik ben geen stadsmens. Ik heb het geprobeerd maar steden zeggen me echt niets. Breda kan ik nog net aan, het is niet te groot. In echte metropolen word ik vreselijk nerveus.’ Wat een geluk voor de inmiddels 73-jarige Annie Proulx dat ze niet in België woont waar het ver zoeken is naar wijdse vlakten en een lege horizon. Sinds 1995 woont Proulx in Amerika’s dunstbevolkte staat, Wyoming. ‘Op 97000 vierkante meter wonen minder dan een half miljoen mensen. Dat komt op 3.1 personen per vierkante mijl. Die leegte trekt me enorm aan. Ik kan niet tegen lawaai. Van verkeershinder tot slechte muziek: het ergert me vreselijk. Wyoming heeft enkel wind en vliegtuigen. De wind kan wel flink te keer gaan omdat Wyoming een hoge ligging heeft. Mijn huis staat soms te daveren tijdens windstormen. Ik hou er niet van maar het maakt deel uit van de plek.’
Ik kan me vergissen maar Annie Proulx lijkt me geen people’s person. Ze is in Nederland naar aanleiding van de publicatie van de jubileumeditie van ‘Scheepsberichten’. Nederlands lezers bedachten haar Pulitzer Prize-winnaar met een plekje in de top tien van ‘beste boeken aller tijden’. Voor Proulx vormen literaire feestjes en interviews een noodzakelijk kwaad. Toch is ze opgetogen met de erkenning van haar lezers:
‘Ik ben heel blij met het succes van ‘Scheepsberichten’, al heb ik geen idee waarom net dat boek zo aanslaat.’ Proulx leefde vijftien jaar lang in Newfoundland, de setting voor ‘Scheepsberichten’. Het landschap trok haar even sterk aan als de leegte in Wyoming:
‘Jammer genoeg moest ik mijn huis in Newfoundland vorig jaar verkopen. De reis werd te ver en te lastig. Ik mis het heel erg. Vooral de oceaan vind ik fantastisch. Ik denk er nog vaak aan.’
‘Goed zoals het is ’ is Proulx’ derde verhalencollecties over Wyoming. Haar interesse voor de rodeo’s en ranchers van de Cowboy State begon in 1999 met ‘De gouverneurs van Wyoming’. Die bundel bevat één van de beste kortverhalen ooit, ‘Twee cowboys’, verfilmd als ‘Brokeback Mountain’ door Ang Lee. In 2004 volgde ‘Hels stof’ dat verder borduurde op dezelfde thema’s. ‘Goed zoals het is’ wordt haar laatste Wyoming-collectie:
‘Er waren nog dingen die ik in deze collectie kwijt wilde, bepaalde aspecten van het landschap, bijvoorbeeld. Nu heb ik, wat mij betreft, alles gezegd wat er te zeggen valt over Wyoming. Ik wil niet dat mensen me een western-schrijfster gaan noemen. Daarom heb ik plannen om over andere gebieden te schrijven. Canada, Nieuw-Zeeland en Nederland boeien me en ik wil me in de toekomst verdiepen in hun geschiedenis.’

Gedupeerde vrouwen

In ‘Die gouwe ouwe cowboyliedjes’, dat aan het einde van de 19de eeuw speelt, zoeken twee jonggehuwden hun geluk in een eigenhandig gebouwd huis in Wyoming. Heel even vinden ze het maar hun idylle is van korte duur. Wanneer Proulx schrijft hoe nachtvlinders zich tegen de lamp te pletter vliegen ‘en een kleverige dood vonden in hun bord’ weet je dat er ellende op komst is. Archie laat zijn hoogzwangere vrouw Rose achter om als rancher aan de kost te komen. Rose beseft ‘dat hij kon vertrekken wanneer hij wilde, omdat hij een man was, en zij niet, omdat ze een vrouw was. De hut stonk naar ontrouw en verraad.’ In ‘Goed zoals het is’ komen opvallend meer vrouwen voor dan in eerdere Proulx-verhalen:
‘Ja, dat klopt. Ik wou onderzoeken hoe zij het ruwe pioniersleven ervaren. Voor hen was het geen pretje. Ik krijg wel eens de vraag waarom ik zo vaak over mannen schrijf. Dat heeft niets te maken met een desinteresse in vrouwen. Het is zo dat ik over rurale landschappen schrijf, waar mannen het werk doen. Zij drukken hun stempel op de plek. Dat is met name zo in het Westen van de V.S. waar het imago van de cowboy nog een immens grote rol speelt. Het is dus niet zo dat ik liever over mannen schrijf. Ze bepalen nu eenmaal het sociale landschap waarin ik me verdiep.’
In openingsverhaal ‘Familieman’ ontdekt een man dat zijn vader niet één maar vier gezinnen had. Als rondtrekkende arbeider slaagde hij erin om alles te kunnen bolwerken. De vrouwen zijn in Proulx’ verhalen de gedupeerden die gevangen zitten in hun harde levens:
‘Dat is geen pessimisme maar realisme. We zitten allemaal vast in onze levens. Toch konden mannen hun pioniersdroom beter vervullen in het oude Wyoming. Die mythe is trouwens nog springlevend. Inwoners van Wyoming zijn er trots op dat hun overoverovergrootvaders met de huifkar naar het Wilde Westen trokken. Er zijn heel wat lokale geschiedkundigen in Wyoming die de recente geschiedenis van hun staat willen achterhalen. Over de indianen schrijven ze niet. Hun verhaal begint met de aankomst van hun voorouders.’

‘Grote waterscheiding’ is een twintigste-eeuws pioniersverhaal over whiskystokers en paardenvangers. Hi en Helen zijn op zoek naar onontgonnen vertes maar krijgen de indruk dat de leegte waarover hun grootouders spraken stilaan verdwenen is. Bij Proulx vind je geen heroïsche versie van het Wilde Westen. Haar personages bijten vaker in het stof dan hen lief is. Ziet de schrijfster zichzelf als een kronikeur van het echte, ongeromantiseerde leven in Wyoming?
‘Niet echt. Ik lees heel veel plaatselijke geschiedenisboeken omdat ik wil weten hoe het was in Wyoming. Ik wil een idee krijgen van de sfeer, de geuren en kleuren. Die gebruik ik dan voor verhalen over personages die niet meteen beantwoorden aan de gemiddelde norm. Ik schrijf over buitenstaanders en vreemde kwasten. Ofwel overkomt hen iets gruwelijks of ze hebben een bizarre kijk op het leven. Kronikeurs zullen veeleer over de gemiddelde inwoner schrijven. Ik sta bekend om mijn grondige research. Als historicus wil ik me helemaal verdiepen in een plaats. Toch gebruik ik dat onderzoeksmateriaal op een andere manier voor fictie dan voor non-fictie. Als ik een verhaal wil schrijven over een bergketen, dan zal ik er een paar grondig verkennen. Dan wil ik alles weten over de vegetatie, de fossielen en de vogels. In een verhaal zou ik wel nooit een bestaande bergketen vermelden. Ik verzin een nieuwe naam en voeg kleine fantasie-elementen toe aan de research.’

Pelikanen in de tuin

Volgens Proulx is er geen enkele andere plek ter wereld zoals Wyoming. Daarom schrijft ze er zo graag over. De research die ze voor haar talrijke non-fictieprojecten doet, sijpelt door in haar verhalen. Het sprookjesachtige ‘Het alsemkind’ schreef ze nadat ze meewerkte aan een fotoboek over de Red Desert in Wyoming, waar veel alsem groeit:
‘Je kan je niet voorstellen hoeveel ik de laatste jaren aan die plant heb lopen denken. Een vriend vroeg me of ik een introductie wou schrijven bij een fotoboek over de Red Desert. Ik stemde in en meende dat het een makkelijke klus zou zijn. Toen ik op zoek ging naar informatie bleek er niet één boek te bestaan over die woestijn. 6000 vierkante mijl semi-droog, betoverend landschap en niemand schreef er ooit over. Dat vond ik verbazingwekkend. Ik ben dan met een archeoloog naar de Red Desert getrokken en heb er veel wondermooie dingen gezien. Jammer genoeg is het landschap grotendeels vernietigd door de industrie. Ze doen er aan gas- en oliewinning.’
Proulx werkt momenteel ook aan een boek over het huis dat ze onlangs bouwde in Wyoming. Het ligt op een moeilijke plek die in tijden van sneeuw en ijs onbereikbaar is:
‘Er leven arenden, adelaars, valken en pelikanen. Door het domein loopt een rivier en het huis staat tegenover een grote, gele klif waar een poema (mountain lion?) woont. Er zijn veel archeologische sites. Indianen maakten er ooit vuur en werktuigen. Ik ben dol op mijn tuin want ik kan er zelf groenten kweken. Dat moet wel als je geïsoleerd leeft. Toch is er nog een andere reden waarom ik zelf in mijn onderhoud wil voorzien. Ik heb steeds minder vertrouwen in de voedingsindustrie. In ‘Grote waterscheiding’ schrijf ik over paardenkwekers die geslachte paarden aan de kippen voeren. Dat is toch echt verziekt. Let wel, dit gaat verder terug dan de meeste mensen denken. In de jaren 1930 al waren veel kleine ranchers in Wyoming arm en konden ze enkel een duit verdienen door paardenvlees te verkopen aan kippenkwekerijen. Tegenwoordig hebben kleine ranchers het ook zwaar. De enigen die echt geld verdienen, hebben vette contracten met de industrie. Mijn buurman is een Campbell Soup rancher. Ik heb geregeld problemen met de ranchers want Wyoming is een ‘fence out’ state. De dieren mogen grazen waar ze willen. Als je ze niet op je eigendom wil, dan moet je zelf een afsluiting plaatsen. De beesten van de Campbell Soup rancher zakken steeds af naar de rivier. Ik blijf maar afsluitingen plaatsen.’
In ‘Familieman’ mort Ray Forckenbrock dat rodeo’s deze dagen niets meer voorstellen. ‘Vroeger betekende een gesp iets (…) En nu winnen dikke vrouwen ze bij de bingo.’ Zijn er eigenlijk nog echte cowboys in Wyoming?
‘Wees gerust, je ziet er bijna enkel cowboys. Velen komen uit het Oosten van de V.S. of Europa. Ze zijn ontgoocheld als ze merken wat het cowboyleven inhoudt: rondrijden met trucks, machines herstellen en afsluitingen plaatsen. Enkel op zaterdagavond wordt het even glamoureus. Dan doen ze hun cowboykleren aan en trekken ze naar de bar om een meisje te versieren. Cowboys zijn niet enkel iets uit Hollywoodfilms.’
In Proulx’ werk merk je hoe behoudensgezind Wyoming is. De invloeden van buitenaf blijven beperkt tot de obligate Walmart in de steden. Toch heeft Wyoming behoefte aan een frisse wind, vindt Proulx.
‘Sommige inwoners van Wyoming beseffen wel dat er een wereld is buiten hun staat, al zijn ze eerder zeldzaam. Velen weigeren de grens van Wyoming over te steken. De westerse staten van de V.S. hebben het gevoel dat ze heel bijzonder en individualistisch zijn en dat er niets mag veranderen. Nochtans zou wat externe invloed af en toe geen kwaad kunnen.’

Roman over hout

Proulx heeft geen zin om iets te verklappen over haar volgende roman. Ze zit al tien jaar te broeden op het idee. Al haar boeken en verhalen hebben een lange ontstaansgeschiedenis. ‘Het wordt een roman over hout. Meer zeg ik niet.’ Eigenlijk schrijft Proulx liever kortverhalen dan romans, bekent ze:
‘Vaak krijg ik ideeën die voldoende stof zouden opleveren voor een roman. Toch heb ik dan de neiging om er een kortverhaal van te maken. Ik hou van kortverhalen die hele levens omspannen. Onder invloed van Raymond Carver heb je in de V.S. veel kortverhalenschrijvers die uitblinken in charmante, miniaturistische vertellingen over kleine incidenten in een mensenleven. Stilistisch zijn ze soms fraai maar ze blijven niet hangen. Ik vind dat je met het kortverhaal op een veel spannendere manier aan de slag kan. In mijn verhalen heb ik meestal aandacht voor het keerpunt in een mensenleven. Meestal besef je pas jaren later, als je ouder bent, waar het keerpunt zit. Iets wat destijds onschuldig leek kan achteraf bekeken doorslaggevend geweest zijn voor de rest van je leven. Die dynamiek vind je in veel mensenlevens en ik vind dat ongewoon boeiend. Vrolijk word je meestal niet van mijn verhalen. Maar goed, ik zou dan ook de minst geschikte persoon ter wereld zijn om het moraal van de troepen op te krikken.’

***

Annie Proulx, Goed zoals het is – Verhalen uit Wyoming, deel 3, vertaald door Regina Willemse, De Geus, Breda, 253 blz.

Aparte kader:

Annie Proulx (VS, 1935) brak bij ons door met de roman ‘Scheepsberichten’ waarvoor ze de Pulitzer Prize kreeg. Andere hoogtepunten uit haar werk zijn ‘Accordeonmisdaden’, ‘Ansichten’ en ‘De gouverneurs van Wyoming’. ‘Goed zoals het is’ is haar derde collectie over het leven in de staat Wyoming. Proulx’ personages zijn ranchers en cowboys die bumperstickers hebben met de tekst ‘Honk if you love bratwurst’. Het zijn loners die koeien drijven of op boorplatforms werken, pioniers die door de felle wind weggevaagd worden van hun lapje fel bevochten grond. Sommigen hebben ‘een gezicht als een ingestorte rotshelling’. Proulx heeft aandacht voor verschillende fazes binnen de pioniersgeschiedenis. Met ‘Die gouwe ouwe cowboyliedjes’ zitten we nog in de late negentiende eeuw. Het is een onsentimenteel verhaal over een plotse, harde dood. Ook in ‘Grote waterscheiding’, een recenter pioniersverhaal, maait de dood het leven razendsnel weg. Niet alle verhalen spelen in Wyoming. Proulx brengt twee verhalen vanuit de hel, ‘Ik heb dit altijd een geweldige plek gevonden’ en ‘Rottigheid in het moeras’. De duivel wil de hel een facelift geven en huurt het bedrijf Rel & Slachter in, dat goed werk leverde in Irak. Er volgen nog meer flauwe grapjes in deze infernoverhalen die niet meer bieden dan een leuk idee. Een pak interessanter is ‘Getuigenis van een ezel’ waarin we Wyoming zien door de ogen van een Europeaan. Proulx’ beschrijving van een fatale bergtocht is bloedstollend. De verhalen die meer zijn dan onderhoudende satire blijven het best bij. Behalve de pioniersverhalen zijn dat vooral ‘Familieman’ en ‘Tieten omhoog in een greppel’. In het verhaal met de beste titel van het jaar keert een jonge vrouw Wyoming de rug toe. Het is veelgelaagd, aangrijpend en er staat geen woord te veel in. ‘Goed zoals het is’ blijkt een wisselvallige collectie. Een viertal verhalen verdienen wel vier sterren, de andere helft één of twee. (KM)